Benieuwd naar de Work Ability Index licentiehouders? Bekijk ze hier

Nieuws - 11 september 2020

Meer oog voor het herstel van werkvermogen van mensen met dikkedarmkanker

Wat doet de diagnose en behandeling van dikkedarmkanker met het werkvermogen van mensen? Dat onderzoekt Mira Franken, oncoloog in opleiding bij UMC Utrecht, onder andere in haar promotieonderzoek. Daarbij maakt zij gebruik van de Work Ability Index van Blik op Werk.

Het onderzoek van Franken is nog niet afgerond, en dus ook niet openbaar, maar een tipje van de sluier wil ze alvast oplichten. ‘De resultaten liggen in lijn met die van het onderzoek naar het werkvermogen van mensen met endeldarmkanker van mijn collega Alice Couwenberg.’

Daaruit blijkt dat het werkvermogen van mensen met endeldarmkanker gemiddeld twee jaar na behandeling op hetzelfde niveau is van mensen die geen kanker hebben. Een eyeopener, vindt Franken. ‘Want de behandeling van dikkedarmkanker duurt gemiddeld zes maanden. Het duurt het dus betrekkelijk lang voordat het werkvermogen weer op peil is.’

Kwaliteit van leven

Wat houdt het onderzoek van Franken precies in en wat is de rol daarbij van de Work Ability index? ‘In mijn promotieonderzoek onderzoek ik wat de kosteneffectiviteit van de behandeling van mensen met dikkedarmkanker is’, vertelt Franken. ‘In dat licht onderzoek ik tevens wat de kwaliteit van leven van patiënten met uitgezaaide dikkedarmkanker is.’

Mede daarom vraagt het UMC Utrecht aan alle patiënten met endeldarm- en dikkedarmkanker om deel te nemen aan de zogeheten PLCRC-studie, dat wetenschappelijk onderzoek faciliteert onder andere naar de kwaliteit van leven van patiënten met darmkanker in Nederland.

Work Ability Index

‘Onderdeel van deze studie is de Work Ability Index’, legt Franken uit. ‘Daarmee meten we het werkvermogen van mensen met dikkedarmkanker door de tijd heen.’ Daarvoor voorzag Blik op Werk het UMC Utrecht van data van een vergelijkbare groep mensen zonder dikkedarmkanker, zodat Franken een vergelijking kan maken.

‘We kregen van Blik op Werk de geanonimiseerde data van deze “controlegroep”’, aldus Franken. ‘Die data geven zicht op het werkvermogen van werkende mensen zonder dikkedarmkanker met hetzelfde type werk en in dezelfde leeftijdscategorie als mensen mét dikkedarmkanker.’

Minder werkvermogen na de diagnose

Mensen die de diagnose “endeldarmkanker” krijgen, hebben direct minder werkvermogen, zo blijkt uit Couwenbergs onderzoek. ‘Dat is niet zo gek, want het gros van de mensen presenteert zich met klachten bij een arts’, vertelt Franken. ‘Ook hebben ze een behandeltraject in het vooruitzicht.’

Na de behandeling duurt het dus gemiddeld twee jaar voordat mensen met endeldarmkanker hetzelfde werkvermogen hebben als mensen zonder kanker.

In haar onderzoek ziet Franken eenzelfde beeld opdoemen voor mensen met dikkedarmkanker. Het werkvermogen van mensen met thuiswonenden kinderen of met cognitief werk herstelt zich relatief sneller, blijkt uit verschillende onderzoeken. Daarentegen herstelt het werkvermogen van vrouwen met darmkanker zich langzamer dan dat van mannen.

Meer oog nodig voor het herstel van werkvermogen

Geheel overvallen is Franken niet door deze uitkomsten. Want eerder onderzoek naar borstkanker gaf ook een gelijksoortig resultaat. Het geeft volgens Franken aan dat er meer oog nodig is voor het herstel van werkvermogen van mensen met kanker.

‘Zeker voor mensen die de direct na diagnose geopereerd worden en geen aanvullende behandeling nodig hebben, zou je verwachten dat het werkvermogen na zes maanden weer redelijk op peil is’, aldus Franken.

Arbeidsparticipatie

Franken vertelt gepassioneerd over haar promotieonderzoek. ‘De diagnose kanker is voor de meeste mensen iets existentieels’, vertelt ze. ‘Het is aan artsen om mensen zo goed mogelijk te begeleiden bij behandeling of acceptatie, als een curatieve behandeling niet mogelijk blijkt. Werk zorgt voor veel mensen voor zingeving in hun leven, ook voor mensen die geen zicht hebben op herstel.’

‘Oncologen richten zich bij het behandelen van de kanker ook op de kwaliteit van leven’, vervolgt ze. ‘Daarbij zijn ze echter vaak minder beducht op arbeidsparticipatie. Artsen zorgen voor herstel, de arbeidsparticipatie doet de arboarts, is vaak de gedachte. Maar kwaliteit van leven is ook geassocieerd met werkvermogen. Het is dus wel degelijk belangrijk om daar als arts oog voor te hebben.’

Ze pleit voor vervolgonderzoek: welke interventies dragen bij aan een sneller herstel van werkvermogen van mensen met dikkedarmkanker? ‘Daaruit kan blijken dat er meer aandacht nodig is voor de herstelperiode van mensen met dikkedarmkanker. Bijvoorbeeld dat er een langere periode van fysiotherapie of begeleiding door een arboarts of een psycholoog nodig is.’

Een uitkomst kan ook zijn dat interventies weinig impact hebben, aldus Franken. ‘Ook dat is waardevolle informatie. Artsen kunnen mensen met dikkedarmkanker dan beter informeren over de vraag: hoelang lig ik eruit?’

Toekomst

Het promotieonderzoek van Franken is bijna klaar, maar het onderzoek gaat verder. ‘Over een paar jaar doen we dezelfde analyse nog een keer’, vertelt ze. ‘De hoop is dat het werkvermogen van mensen met dikkedarmkanker dan sneller op peil is.’

Ze wijst op het feit dat artsen steeds beter beslissen welke behandeling het meest passend is. ‘Zo is de gemiddelde duur van de chemokuur afgenomen van zes naar drie maanden voor een deel van de patiënten. Dat betekent dat de hersteltijd van patiënten waarschijnlijk ook korter is. En dat heeft vermoedelijk weer een positieve impact op hun kwaliteit van leven en werkvermogen.’

Meer weten? Neem contact met ons op!

 

 

Deel dit bericht